Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word tentenkamp
| Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
| (kamp; kampement) | ; | |
| (gevecht; treffen) | ; combat | |
🔗 Maar vreemde geruchten deden in het kamp de ronde. | ||
| (kampement) | ; encampment | |
🔗 Toen vond hij het kamp van de rovers. | ||
🔗 De twee kampen staan nog steeds lijnrecht tegenover elkaar als het gaat om de status van Noord‐Ierland. | ||
| (keet; kraam; kraampje) | ||
🔗 Zonder zich te storen aan de verwarring die hij in de tent achterliet, gaf heer Bommel gas en verdween door het linnen. | ||
| (huif) | ||
🔗 Een grote man kwam de tweede tent uit. | ||
| Dutch | English |
|---|---|
| tentenkamp | ⇆ camp of tents; ⇆ tented camp |
| kamp | ⇆ camp; ⇆ combat; ⇆ compound; ⇆ contest; ⇆ encampment; ⇆ fight; ⇆ struggle |
| tent | ⇆ booth; ⇆ tent; ⇆ tilt; ⇆ awning; ⇆ joint |