Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word staflid

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(lidmaat)
🔗 Wie was het derde lid van je groep?
(genoot);
🔗 Turkije heeft Israël eerder gewaarschuwd voor „ernstige gevolgen” als het land probeert leden van Ḥamās op te sporen die in Turkije wonen.
(term)
🔗 Ook komt het voor dat we beide leden trachten te herleiden tot dezelfde eenvoudiger vorm.
(lidmaat)
🔗 Het water is diep, en donker en koud, en nu al amuseren onbekende creaturen zich met mijn lid.
🔗 Wanneer Washington en zijn staf gemeend mochten hebben dat ze al door genoeg moeilijkheden geplaagd waren geweest, dan moesten zij wel tot de ontdekking komen dat zij zich vergist hadden toen de schutters uit Pennsylvania, Virginia en Maryland het kamp kwamen binnenstromen.
🔗 Ik had een staf nodig.
🔗 De Britse medische staf die de militairen begeleidt tijdens de vierdaagse, houdt de tentgenoten van de vrouwelijke militair nauwlettend in de gaten.

DutchEnglish
staflid employee; staff member
lid fellow; lid; limb; member; phalanx; paragraph; term; joint; degree; generation; penis
staf baton; headquarters; mace; rod; staff; stick; sceptre