Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word instorten

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(ineenstorten)
🔗 Soms storten de gangen in.
(ineenstorten)
collapse
🔗 De wereld kan instorten, maar die koffie komt er.
(ineenstorting)
collapse
(inzinking);
collapse
(gieten; plengen; schenken; vergieten);
dump
;
ŝuti
ŝutiĝi
🔗 De regen stortte naar beneden of er miljoenen kranen waren opengedraaid.

DutchEnglish
instorten cave in; collapse; fall down; fall in; go to pieces; infuse; psych out; relapse
instorting breakdown; collapse; downfall; infusion; relapse; setback
storten deposit; dump; effuse; plunge; pounce; pour; precipitate; spill; shed; shoot; throw; pay in; contribute; fall; crash; fall down