Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word beleefdheid

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
courtesy
🔗 Er werd geen tijd verspild met beleefdheden.
(hoffelijkheid; welgemanierdheid);
civility
;
courteousness
;
🔗 Helsse leidde zijn gasten met uiterste beleefdheid de wagen binnen.
(heus; hoffelijk);
polite
🔗 Wij hoeven niet beleefd te zijn.
(hoffelijk)
🔗 Hij lachtte beleefd.
out of courtesy
;
out of politeness
pro ĝentileco
courtesy form
rudeness
🔗 Dappere prins, vergeef mij mijn onbeleefdheid.
(onhoffelijkheid)

DutchEnglish
beleefdheid civility; comity; compliment; courteousness; courtesy; discretion; mannerliness; politeness
beleefd civil‐spoken; courteous; courteously; mannerly; polite; politely; civil; civilly; gently; kindly
beleefdheden amenities; assiduities; civilities; compliments
beleefdheidsbezoek social call; duty call; courtesy visit
beleefdheidshalve out of politeness; out of courtesy
beleefdheidsvorm form of etiquette; form of address; courtesy form
onbeleefdheid discourtesy; incivility; impoliteness; rudeness