Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bankrekening

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
banking account
;
bank account
🔗 Credit Suisse staat al langere tijd onder druk omdat klanten geld van hun bankrekeningen blijven halen.
🔗 Ik sta rood bij de bank.
;
🔗 Hij heeft me een bank aangeboden in de gelagkamer.
(zandbank)
(werkbank)
🔗 De deur van de bank ging open en de heren verdwenen naar binnen.
🔗 Het geld werd op jouw rekening gestort.
(factuur; nota)
(nota)
🔗 Hoe hoog is de rekening op dit moment?

DutchEnglish
bankrekening bank account; banking account
bank bank; bench; desk; form; seat; settee; couch; pew
rekening account; bill; calculus; check; computation; count; reckoning; score; shot; tab; tally; calculation