Afrikaans–English dictionary

English translation of the Afrikaans word haar

Afrikaans → English
  
AfrikaansEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Daar is sterk gronde om haar paspoort terug te trek.
hairdresser
🔗 Hy wil ’n haarkapper word.
🔗 Sy sug.

AfrikaansEnglish
haar detest; hair; her; right; villus
die hare te berge laat rys make one’s hair stand on end
hare op die tande hê have plenty of grit
hot en haar left and right; all over the shop
huid en haar neck and crop
met die hare daarby insleep drag in
met huid en haar skin and all
nie hot of haar kan nie hold the wolf by the ears
nie hot of haar weet nie be at one’s wit’s end
op ’n haar to an inch
op ’n haar eenders as like as two peas
afhaar depilate; silk; remove the hair
dekhare coat
filterhaar filter hair
geelhaarnooi platinum blonde
geelhaarvrou platinum blonde
haaraf depilated; hairless
haaragtig crinite; crinose; hairlike; hairy; piliform
haarband bandeau; braid; chaplet; fillet; hair ribbon; snood; taenia
haarbondel topknot
haarborsel hairbrush
haarbos bush; shock
haarbossie verricule
haarbreedte hairbreadth; hair’s breadth
haarbuis capillary tube
haardos fleece; wealth of hair; shock of hair
haardroër hair‐drier
haarfyn capillary; in detail; minute; minutely; subtle
haargaas pouf
haargolwer hair‐waver
haargom fixature
haargroei growth of hair
haarkam comb
haarkapper hairdresser
haarkartelmiddel setting‐lotion
haarkleed cilice
haarklein minute
haarkleurstof hair‐dye
haarkloof split hairs
haarklowe cavil; quibble; split hairs; subtilize; wiredraw
haarklower casuist; caviller; hair‐splitter; hypercritic; quibbler; word‐splitter
haarklowery casuistry; cavil; cavilling; chicane; chicanery; hair‐splitting; hypercriticism; micrology; pettifoggery; pettifogging; quibbling; quiddity
haarknip hair‐clip; hair‐slide
haarknoop club
haarkruller hair‐curler; hair‐waver
haarkrullers curlers
haarlint hair ribbon; snood
haarlok curl; tress
haarlym fixative hair cream
haarmerk hairline
haarmiddel hair‐restorer
haarnaald hairpin
haarnet caul
haarnetjie hairnet
haarolie pomade; pomatum
haarpyn hot coppers
haarrol hair‐pad
haarsakkie hair‐tidy
haarsalf pomade; pomatum
haarsiekte trichosis
haarskikkertjie hair‐slide
haarsneller hair trigger
haarsnoer hairline
haarsnyer barber; coiffeur; friseur; hair‐cutter; hairdresser
haarstring plait; tress
haarstyl hair‐style
haartang tweezers
haartjie tiny hair
haartooisel head‐dress
haarveer hairspring
haarvel fell
haarvlegsel pigtail; plait
haarvormig capillary; capilliform; piliform
haarwasmiddel hairwash; shampoo
haarwaspoeier shampoo powder
haarwater hairwash
haarwurm wireworm; trichina
harerig crinose; hairy; haired; piliferous; pilose; pilous; hirsute; hispid; comose
harig comose; crinose; hairy; haired; piliferous; pilose; pilous; hirsute; hispid; setaceous; shaggy; tomentose; tomentous; villose; villous
kameelhaar camel’s‐hair
klapperhaar coir
maanhaar crest; mane; ridge; hog’s‐back; hogback
neushaar vibrissa
onthaar depilate
ooghaar eyelash; lash
perdehaar horsehair
plukhaar scuffle; tousle; tussle
sluikharig lank‐haired
steekhaar kemp
stoppelhare stubbly hair
sweephaar flagellum
sy his; she; silk; hand; side; flank; be
sybokhaar mohair
tashaar tactile hair
trilhaar vibrissa
verhaar change one’s coat; moult
wortelhaar fibril