Woordenboek Nederlands–Esperanto
Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord meubel
| Nederlands | Esperanto |
|---|---|
| (meubelstuk) | |
🔗 Kijk, hier is mijn huiskamer, vol antieke meubelen. | |
| (meubileren) | mebli |
🔗 Na de deur te hebben gesloten zette hij de toorts in een houten houder en keek zijn eenvoudig gemeubeld slaapvertrek rond. | |
| () | |
🔗 Een dergelijk handig meubel zal men zich evenwel bij de meubelmaker op bestelling moeten laten maken, want zover ons bekend zijn ze niet in de handel. | |
| (huisraad; inboedel; meubilair) | ( mebloj ) |
| (meubel) | |
🔗 Een bed is niet zomaar een meubelstuk. | |
| (meubelzaak) | |
| (meubelwinkel) | |
| (huisraad; inboedel; meubels) | ( mebloj ) |
🔗 Throops meubilair was grof, schaars en bepaald niet schoon. | |
stapla meblo | |