Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord samenwonen met

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
cohabit
;
live together
kunloĝi
🔗 Ten slotte kwamen we overeen dat wij gedurende mijn verblijf in de Franse hoofdstad zouden gaan samenwonen.

NederlandsEngels
samenwonen met live with; shack up with
samenwonen chum; cohabit; cohabitation; hive; live together; shack up; share a house