Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord handelaar

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(koopman)
🔗 Komen hier nooit handelaren?
(autodealer)
(boekverkoper)
(kleinhandelaar)
retailer
(kleinhandelaar)
retailer
(grossier)
wholesaler
(doen; optreden; te werk gaan)
(handeldrijven)
(doen; optreden; te werk gaan)
🔗 Waar gaan we in handelen?
ironmonger
retailer
retailer
retailer
(slavenhaler)
vishandelaar
(visboer; visverkoper)

NederlandsEngels
handelaar dealer; marketeer; merchant; monger; trader; trafficker
autohandelaar motor trader
bloemenhandelaar florist
boekhandelaar bookseller
diamanthandelaar diamond‐merchant
drughandelaar drug trafficker
effectenhandelaar stockjobber
fruithandelaar fruiterer
geldhandelaar money‐broker
graanhandelaar corn‐dealer; corn‐merchant
groothandelaar wholesale dealer; wholesaler
handelen act; deal; proceeding; trade
houthandelaar timber‐merchant
ijzerhandelaar ironmonger
kaashandelaar cheesemonger
kleinhandelaar retail dealer; retailer
kolenhandelaar collier
kunsthandelaar art dealer
lompenhandelaar ragman; dealer in rags; rag‐and‐bone man
muziekhandelaar music‐seller
papierhandelaar paper‐seller
schroothandelaar scrap dealer
sigarenhandelaar tobacconist; dealer in cigars
slavenhandelaar slaver; slave‐trader
straathandelaar street‐trader
tabakshandelaar tobacco‐dealer; tobacconist
theehandelaar tea‐merchant; tea‐dealer
tussenhandelaar jobber; commission agent; intermediary; middleman
veehandelaar cattle‐dealer
vishandelaar fishmonger; fish‐dealer
vogelhandelaar bird‐seller
wapenhandelaar arms dealer
wijnhandelaar wine merchant