Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord groep

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
action committee
;
action group
population group
loĝantara grupo
dance troupe
target group
celgrupo
(archipel);
🔗 Rusland gaat een militaire basis bouwen op de Koerilen, een eilandengroep op de grens van de Zee van Ochotsk en de Stille Oceaan.
assemble
group member
(slang)
slang
🔗 In de Indiase deelstaat Uttar Pradesh zijn binnen één week twee vrouwen omgekomen bij groepsverkrachtingen.
(band; orkest)
newsgroup
🔗 De terreurgroep ISIL, de Islamitische Staat van Irak en de Levant, heeft de verantwoordelijkheid voor die aanslag opgeëist.

NederlandsEngels
groep band; bank; batch; body; bracket; clump; cluster; echelon; fleet; group; league; nest; panel; party; posse; section; squad; team; turnout
actiegroep ginger‐group; action group; action committee
belangengroep interest group; pressure group; syndicate; lobby
bevolkingsgroep section of the population; community
bloedgroep blood group
doelgroep target group
eilandengroep group of islands; archipelago
gespreksgroep discussion group
groepage joint cargo; combined truck load
groeperen bracket; group
groepje knot; little group; cluster; clump
groepsdruk peer presure
groepsgeest group spirit
groepsgewijs in groups
groepsgewijze in groups
groepskorting group reduction
groepsleider group‐leader
groepspraktijk group practice
groepsreis conducted tour
groepsseks group sex
groepstaal argot; jargon; lingo; sociolect
groepstherapie group therapy
groepsverkrachting gang‐rape
inkomensgroep income‐bracket; income group
kopgroep leading group
leeftijdsgroep age group; age range; age‐bracket
meidengroep female group; female band
praatgroep consciousness‐raising group; self‐help group
projectgroep project group
risicogroep high‐risk group
splintergroep faction; splinter group
studiegroep study group; working party
stuurgroep steering‐committee
taalgroep language group
terreurgroep terrorist group
vakgroep trade association