Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord grensstreek
| Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
|---|---|---|
| (grensgebied) | ||
🔗 Het natuurgebied ligt in de grensstreek met Duitsland. | ||
| ; ; | ||
🔗 De grens tussen Litouwen en Wit‐Rusland is bijna 680 kilometer lang. | ||
| (limiet) | limit | |
🔗 Hoe sterk de nucleaire kracht ook is, hij heeft zijn grenzen. | ||
| (foefje; kneep; kunstgreep; toer; truc; handigheidje) | trick ; | |
🔗 Hij heeft me met zijn streken voor de gek gehouden. | ||
| (contreie; gebied; gewest; landstreek; regio; contrei) | ; | |
🔗 Ik ben vreemd in deze streek. | ||
| (haal; schrap; streep) | ||
| Nederlands | Engels |
|---|---|
| grensstreek | ⇆ border; ⇆ border area |
| grens | ⇆ abutment; ⇆ bourn; ⇆ border; ⇆ borderline; ⇆ bound; ⇆ boundary; ⇆ compass; ⇆ confine; ⇆ confines; ⇆ cut‐off; ⇆ demarcation; ⇆ frontier; ⇆ limit; ⇆ limitation; ⇆ march; ⇆ marge; ⇆ margin; ⇆ mere; ⇆ mete; ⇆ outskirt; ⇆ outskirts; ⇆ verge; ⇆ skirt; ⇆ pale |
| streek | ⇆ artifice; ⇆ brush; ⇆ caper; ⇆ chuck; ⇆ clime; ⇆ district; ⇆ prank; ⇆ region; ⇆ tract; ⇆ trick; ⇆ stroke; ⇆ touch; ⇆ wangle; ⇆ part of the country; ⇆ point |