Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord chuck

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(caress; fondle; stroke; snog; soothe; pet)
(caress; stroke)
(discharge; dismiss; fire; sack; oust; remove; expel; jilt; bounce; ditch; give the push; send packing; give the sack; give the boot; give the mitten)

EngelsNederlands
chuck aai; aaien; aaitje; boorhouder; de bons geven; de brui geven aan; gooien; het bijltje erbij neerleggen; kieperen; klapje; klauwplaat; klokken; kloppen; lazeren; ruk; smijten; streek; strijken; weggooien; worp; zacht kloppen
chuck away vergooien; weggooien; wegsmijten
chuck in de bons geven; de brui geven aan; opgeven; ophouden met
chuck it de boel erbij neergooien; het bijltje erbij neergooien
chuck out eruit gooien; eruit kaaien
chuck somebody out iemand eruit knikkeren; iemand eruit lazeren
chuck the thing er de brui aan geven
chuck the whole show er de brui aan geven
chuck the whole thing de boel erbij neergooien; het bijltje erbij neergooien
chuck up de bons geven; de brui geven aan; opgeven; ophouden met
chuck‐waggon kantinewagen