Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord gelovig

Nederlands	Engels (indirect vertaald)	Esperanto
gelovig (religieus)	religious	religia
🔗 Vermoedelijk was hij ook niet gelovig.
bijgelovig	superstitious	superstiĉa
🔗 Ed was niet bijgelovig!
geloof	belief ; creed	kredo
🔗 In die jaren was er al niet zoveel meer van mijn geloof over.
geloof (godsdienst; religie)	religion	religio
🔗 Twee geloven op een kussen, daar slaapt de duvel tussen.
gelovigheid	religiosity ; religiousness	religiemo
goedgelovig	credulous	trokredema
lichtgelovig	credulous	kredema
ongelovig	incredulous	nekredanta
🔗 Niamh keek mij met ongelovige ogen aan.
ongelovig	incredulously	nekredante
🔗 „Heb jij dan een bevel tot huiszoeking?” vroeg hij ongelovig.

Nederlands	Engels
gelovig	⇆ believing; ⇆ faithful; ⇆ pious; ⇆ religious
bijgelovig	⇆ superstitious
geloof	⇆ belief; ⇆ trust; ⇆ credence; ⇆ credit; ⇆ creed; ⇆ faith; ⇆ persuasion; ⇆ religion
gelovigheid	⇆ faithfulness
goedgelovig	⇆ credulous
kleingelovig	⇆ of little faith
lichtgelovig	⇆ credulous; ⇆ credulously; ⇆ easy of belief; ⇆ gullible
ongelovig	⇆ faithless; ⇆ faithlessly; ⇆ incredulous; ⇆ infidel; ⇆ irreligious; ⇆ miscreant; ⇆ unbelieving; ⇆ tongue in cheek; ⇆ incredulously