Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord beletten
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(verhinderen) | ||
🔗 Hoe wil je hem dat beletten? | ||
(belemmering; storing; verhindering) | hindrance ; impediment ; | |
🔗 Hij liet het geweer vallen, want het was maar een beletsel, en kroop het toestel in. | ||
(hindernis; hinderpaal; obstakel; sta‐in‐de‐weg) |
Nederlands | Engels |
---|---|
beletten | ⇆ bar; ⇆ hinder from; ⇆ impede; ⇆ preclude from; ⇆ prevent; ⇆ stop |
beletsel | ⇆ hindrance; ⇆ hitch; ⇆ hold‐back; ⇆ impediment; ⇆ obstacle |