Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord real

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(actual);
werkelijk
(factual);
werkelijk
(actual; practical); ; ;
🔗 His real objection to countries joining NATO is that he will no longer be able to invade them successfully.
(considerable; sizeable; significant; substantial; appreciable; worthy of consideration); ; ; ;
(true; genuine; legitimate; positive); ;
🔗 Are you a real witch?
🔗 Products are increasingly available in Caracas for those who can pay for them in dollars or other foreign currencies, like euros, Colombian pesos or Brazilian reals.
(estate)
onroerend goed
🔗 “You’re starting to sound like your client”, Engoron said: a reference to the former president, who spent much of his testimony on Monday boasting about his real estate.
reëel getal
reela nombro
🔗 This is an example of a real number which is not a rational number.
really
(genuinely; indeed; truly; actually; in reality)
; ;
werkelijk
;
(absolutely; genuinely; indeed; truly; legitimately; verily; in truth; truthfully); ; ;
really
(absolutely; actually; in fact; practically; de facto)
;
waarachtig
; ; ;
warempel
;
werkelijk
really
(quite; very; very much; most; so; well; particularly)
; ; ; ; ; ; ;
;
🔗 You make unreal demands.

EngelsNederlands
real echt; effectief; eigenlijk; feitelijk; heus; reaal; reëel; waar; werkelijk; wezenlijk; zakelijk
for real echt; om het echie
in real life in de praktijk; in de werkelijkheid
in real time in realtime
real estate onroerend goed; vaste goederen
real estate agent makelaar in onroerend goed; makelaar in onroerend goederen
real money klinkende munt
real number reëel getal
real property onroerend goed; vaste goederen
religious zeal geloofsijver; godsdienstijver
the real thing je ware
really bepaald; beslist; daadwerkelijk; echt; eigenlijk; heus; in de daad; in werkelijkheid; inderdaad; toch; waarachtig; waarlijk; waratje; warempel; wel degelijk; werkelijk
unreal irreëel; onwerkelijk; onwezenlijk