Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord minority

Engels	Nederlands (indirect vertaald)	Esperanto
minority	minderheids‐	minoritata
minority	minderheid	malplimulto
minority government	minderheidsregering	minoritata registaro
🔗 May is now trying to form a minority government.
minor (insignificant; trifling; trite; trivial)	beuzelachtig ; onbeduidend ; onbetekenend ; onnozel	bagatela
minor (unimportant; of no account; insignificant; irrelevant)	goedaardig ; onbelangrijk	negrava
minor (insignificant; meaningless; zerosum; trivial; paltry)	onbeduidend ; onbetekenend ; zinledig ; zinloos	sensignifa
minor (inferior; lower; subordinate; subsidiary)	inferieur ; minderwaardig	malsupera
minor	minderjarige	neplenaĝulo
minor	klein	minora

Engels	Nederlands
minority	⇆ minderheid; ⇆ minderjarigheid; ⇆ onmondigheid
minority government	⇆ minderheidskabinet; ⇆ minderheidsregering
minor	⇆ junior; ⇆ klein; ⇆ kleiner; ⇆ lager; ⇆ minder; ⇆ minderjarig; ⇆ minderjarige; ⇆ mineur; ⇆ van lagere rang; ⇆ van minder belang