Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord loser

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
loser
(good‐for‐nothing; wastrel)
; ; ; ;
(fall away; lose flesh; lose in weight)
; ;
🔗 As an adult, Leon Czolgosz worked in a Cleveland factory until he lost his job in a labour dispute in 1893.
(forfeit)
🔗 Johnson’s speech on Wednesday night reflects the Brexiteers’ growing fears that, while they won the referendum battle, they might be losing the war.
(go to the wall; be worsted; have the worse; get the worst of it; be beaten; be defeated)

EngelsNederlands
loser verliezer
be a bad loser een goede verliezer zijn; niet tegen zijn verlies kunnen
be a good loser een goede verliezer zijn; goed tegen zijn verlies kunnen
be a loser by verliezen bij
be the loser de klos zijn; de lijdende partij zijn
lose achterlopen; afraken van; afvallen; doen verliezen; erbij inschieten; het verliezen; kwijtraken; missen; schade lijden; verbeuren; verliezen; verspelen; verzuimen