Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord local

Engels	Nederlands (indirect vertaald)	Esperanto
local	lokaal ; plaatselijk	loka
🔗 Soviet imperialism was just as real as Western imperialism, simply more local.
local (adjacent; adjoining; contiguous; nearby; abutting)	aangrenzend ; aanliggend ; dichtbijgelegen ; dichtbijzijnd ; nabij ; naastgelegen	apuda
local (close; near; nearby; handy)	nabijgelegen ; nabij ; dichtbij	proksima
local (regional)	gewestelijk ; regionaal ; streek‐	regiona
local (native)	iemand van daar	tieulo
local (of that place)	lokaal	tiea
locality (stead; place; spot; site)	plaats	loko
🔗 This state of affairs was considerably improved by the discovery of a new fossil locality in southern Montana.
localize (locate)	lokaliseren	lokalizi
locally	plaatselijk ; lokaal	loke

Engels	Nederlands
local	⇆ alhier; ⇆ buurtcafé; ⇆ lokaal; ⇆ lokaaltje; ⇆ plaats‐; ⇆ plaatselijk; ⇆ plaatselijke inwoner; ⇆ van de plaats; ⇆ van plaats
local authority	⇆ plaatselijke overheid
local call	⇆ stadsgesprek
local government	⇆ plaatselijk bestuur
local service	⇆ buurtverkeer; ⇆ lokaaldienst
local time	⇆ plaatselijke tijd
local train	⇆ lokaaltje
localism	⇆ plaatselijke eigenaardigheid; ⇆ plaatselijke uitdrukking
locality	⇆ lokaliteit; ⇆ plaats
localize	⇆ aan de plaatselijke omstandigheden aanpassen; ⇆ beperken; ⇆ lokaliseren; ⇆ tot een beperkt gebied beperken
locally	⇆ lokaal; ⇆ plaatselijk; ⇆ ter plaatse