English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word tumble about

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(somersault);
rulfali
(somersault)
tuimeling
(somersault);

EnglishDutch
tumble about buitelen; in het rond tollen; rollen; tuimelen; woelen
tumble buitelen; buiteling; doen tuimelen; donderen; duikelen; duikeling; een duikeling maken; flikkeren; gooien; in de war maken; kieperen; kukelen; neerschieten; ondersteboven gooien; rollebollen; rollen; snappen; tuimelen; tuimeling; vallen; verfomfaaien