English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word time‐exposure

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
exposure
exposure
(discovery)
🔗 Researchers have known for decades that exposure to radon may cause lung cancer, and that North Dakota and Iowa have some of the highest radon rates in the country.
exposure
(display)
(occasion);
🔗 Many times had Maziran tried to take her.
(period)
(course; length; space; span; duration)
🔗 Then they waited in silence for what seemed a long time.
(instant; moment)
(chance; event; occurrence; opportunity; instance; occasion; case);
(hour)
kronometri
🔗 Time has taught them no wisdom?
🔗 That doesn’t leave me much time.
🔗 At the exact centre longitude of a time zone, the phenomenon occurs exactly at noon, local time.
(while);
🔗 After some time he felt for his pipe.
🔗 Putin’s war is creating more troubles at the worst possible time.

EnglishDutch
time‐exposure tijdopname
exposure belichting; blootgesteld zijn; blootstellen; gebrek aan beschutting; onderkoeling; ontbloting; ontmaskering; opname; publiciteit; te vondeling leggen; uitstalling
time dateren; de duur bepalen van; de maat aangeven bij; de maat slaan; de maat slaan bij; de tijd bepalen van; de tijd opnemen; het ogenblik kiezen voor; keer; klokken; maal; maat; poos; reis; stond; tempo; termijn; tijd; tijdmaat; tijdstip; timen; uitmikken