English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word in the narrow sense

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
; ; ; ;
🔗 Hardon stood now in the narrow aperture.
(close; cramped);
(constrict)
malvastigi
(define; determine; pinpoint; state)
nader bepalen
; ;
marĝeneta
(meaning);
🔗 Chaldea as the name of a country is used in two different senses.
;
🔗 For a moment he stood this, every sense alert.
(feel; have a sense of); ;
(feel; feeling; sensation)
(foresight; prudence; reason; wits; common sense);
(perceive; feel)

EnglishDutch
in the narrow sense in engere zin
narrow bekrompen; benepen; beperkend; beperkt; eng; geborneerd; gierig; inkrimpen; klein; krap; letterlijk; nauw; nauwer worden; nauwkeurig; nipt; smal; verengen; verlopen; vernauwen; versmallen; zich vernauwen; zich versmallen
sense begrijpen; begrip; besef; betekenis; gevoel; gevoelen; gewaarworden; merken; rede; ruiken; verstand; voelen; zin; zintuig