Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vermaak

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(amusement);
pleasure
(amusement);
pleasure
🔗 Biggles keek hem na met een mengeling van afkeuring en vermaak.
(amusement; vermakelijkheid);
(genoegen; plezier; pret)
malica ĝojo
(veranderen)
aliformi
(amuseren; onderhóúden);
🔗 Jullie grappen zijn werkelijk niet vermakend.
(nalaten)
bequeath
🔗 Hij heeft al zijn geld vermaakt aan een school bij hem in de buurt.
(veranderen)

DutchEnglish
vermaak amusement; delight; distraction; diversion; entertainment; pleasance; pleasure; sport
tot groot vermaak van much to the amusement of
tot vermaak van to the amusement of
vermaak scheppen in take pleasure in; take a pleasure in; find pleasure in; take delight in
leedvermaak pleasure at another’s misfortune; malicious pleasure; schadenfreude; enjoyment of other’s mishap
vermaakscentrum entertainment centre
vermaken alter; amuse; bequeath; divert; entertain; make over; mend; recreate; will; will away
volksvermaak public amusement; popular amusement