Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word verkoopprijs

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(premie)
premium
; ;
🔗 Er staat een prijs op mijn hoofd.
🔗 Welke prijs biedt de koningin?
🔗 Want, zeggen ze, als we ons nu niet goed voorbereiden dan denken de Russen dat we zwak zijn en betalen we later de prijs.
🔗 Maar we zijn erg geïnteresseerd in de verkoop zelf.
(ómzetten)
retail
(ómzetten)
transact money
spezi
(overdoen)
🔗 Ik koop, vervoer en verkoop.

DutchEnglish
verkoopprijs resale value; selling‐price
prijs award; capture; cost; jackpot; premium; price; prize; rate; value; stakes; price tag
verkoop disposal; sale
verkopen dispose of; merchandise; sell; vend; sell off; sell out