Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word veelvermogend
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(zeer) | ||
(menig; heel wat) | ; ; | |
🔗 Velen van hen wonen al jaren in Groot‐Brittannië. | ||
(heel wat) | ; ; a great deal | |
🔗 Er was niet veel tijd. | ||
(dikwijls; menigmaal; vaak; veelal) | ||
🔗 Rusland valt daar veel aan, maar de Oekraïners houden stand, zei hij. | ||
(een heleboel; een boel) | ; ; | |
🔗 Deze kamer was veel kleiner. | ||
🔗 Een elektromotor geeft aan de as een vermogen af van 7,3 kW. | ||
(macht; kracht) | capacity ; | |
possession ; property | ||
fortune | ||
🔗 De geldstukken stroomden nu als een rivier de gang in, zodat ze nu tot aan hun knieën in het vermogen waadden. | ||
(bekwaamheid; capaciteit) | ; ; capacity ; faculty | |
(capaciteit; inhoud) | ||
(in staat zijn) | ||
🔗 Maar het is wonderlijk wat een heer in zijn toorn vermag. |
Dutch | English |
---|---|
veelvermogend | ⇆ influential; ⇆ powerful |
veel | ⇆ any number of; ⇆ greatly; ⇆ lots of; ⇆ many; ⇆ mickle; ⇆ mickle of; ⇆ much; ⇆ plenty of; ⇆ vastly; ⇆ a great deal; ⇆ a lot; ⇆ often; ⇆ widely; ⇆ scads of |
vermogen | ⇆ ability; ⇆ be able; ⇆ capability; ⇆ capacity; ⇆ faculty; ⇆ output; ⇆ potency; ⇆ power; ⇆ substance; ⇆ fortune; ⇆ means; ⇆ wealth; ⇆ riches |