Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word schone was

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(fraai; knap; mooi; net); ; ;
fair
🔗 Het was een schone voorjaarsdag.
(mooi; net; fraai);
🔗 Wanneer een land zo schoon bezongen wordt, moet het wel prachtig zijn.
🔗 En ik bad nog voor iets anders: een schoon huis.
(spoeling; wassing)
washing
(opgang; opkomst)
🔗 Was is duur.
(hausse; stijging)
🔗 Door de nog steeds aanhoudende was der grote rivieren begint men nu, wat Nijmegen en omgeving betreft, op verschillende plaatsen ernstige hinder en schade te ondervinden.

DutchEnglish
schone was clean linen
schoon although; beauteous; beautiful; beautifully; clean; cleanly; fair; fine; neat; pure; handsome; though
was beeswax; growth; laundry; linen; wax; wash; washing; rise