Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word ongeschikt

Dutch	English (translated indirectly)	Esperanto
ongeschikt (ongelegen)	inconvenient	maloportuna
ongeschikt	unsuitable ; unfit ; inappropriate ; unsuited	netaŭga
arbeidsongeschikt	unfit for work	labornekapabla
geschikt (betamelijk; gepast; passend; toepasselijk; oorbaar)	appropriate ; suitable ; expedient ; proper ; meet	konvena
geschikt (doelmatig; gemakkelijk; gepast; passend)	convenient	oportuna
🔗 Hij wachtte alleen nog maar op het geschikte ogenblik om hem een vernietigende klap toe te brengen.
geschikt (bruikbaar; passend)	suitable ; appropriate ; apt ; expedient ; right	taŭga
🔗 Ik zal het doen, als zich een geschikt moment voordoet.
geschikt (bruikbaar)	suitable ; serviceable	uzebla
geschikt (adequaat)	adequate ; appropriate	adekvata
ongeschiktheid	unsuitability	netaŭgeco

Dutch	English
ongeschikt	⇆ improper; ⇆ inapposite; ⇆ inappropriate; ⇆ inapt; ⇆ incompetent; ⇆ ineligible; ⇆ inexpedient; ⇆ unapt; ⇆ unfit; ⇆ unmeet; ⇆ unqualified; ⇆ unsuitable; ⇆ unsuited
ongeschikt maken voor	⇆ render unfit for
ongeschikt voor	⇆ unfit for; ⇆ unsuited for
arbeidsongeschikt	⇆ disabled; ⇆ unfit for work
geschikt	⇆ adequate; ⇆ apposite; ⇆ appropriate; ⇆ apt; ⇆ aptly; ⇆ capable; ⇆ convenient; ⇆ decent; ⇆ decently; ⇆ efficient; ⇆ eligible; ⇆ expedient; ⇆ fit; ⇆ fitly; ⇆ likely; ⇆ meet; ⇆ opportune; ⇆ practical; ⇆ proper; ⇆ qualified; ⇆ suitable; ⇆ right; ⇆ right sort; ⇆ suited; ⇆ seasonable; ⇆ serviceable; ⇆ able
ongeschiktheid	⇆ impropriety; ⇆ inaptitude; ⇆ incompetence; ⇆ incompetency; ⇆ ineligibility; ⇆ inexpediency; ⇆ unfitness; ⇆ inaptness; ⇆ unsuitability