Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word horlogekast

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Bond keek op zijn horloge.
🔗 Hij raadpleegde weer zijn horloge.
; ;
🔗 Ik zette mijn tas naast mijn stoel en liep naar de kast.
(bak; kist; schrijn);
🔗 De kast van het uurwerk was ernstig ingedeukt en de ijzers stonden op kwart over een.

DutchEnglish
horlogekast watch‐case
horloge watch; timepiece
kast bin; box; cabinet; case; cupboard; den; digging; digs; joint; press; wardrobe; chest; bookcase; diggings; quod