Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word grondbezit

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(activa)
possessions
possession
;
ownership
🔗 De man werd in 2011 al veroordeeld voor het bezit en maken van kinderporno.
(bezitting; eigendom; goed)
possession
;
property
(reden; oorzaak);
🔗 Zeg eens, op welke gronden is zij gearresteerd?
(bodem; fond; ondergrond); ;
🔗 De soort groeit niet op zure grond.
(aardbodem; bodem); ;
🔗 Jullie zijn al op vrouwe Anna’s grond.
(aarde)
🔗 Ze waren vlak boven de grond doorgesneden.
(bodem; ondergrond); ;
🔗 Nergens raakte hij de grond, zelfs niet op een diepte van tweehonderd vadem.
(landeigenaar)
landlord

DutchEnglish
grondbezit landed estate; landed property
bezit asset; estate; holding; occupation; ownership; possession; possessions; property; tenure; assets; holdings
grond base; bedrock; bottom; dirt; earth; essentiality; essentialness; foundation; glebe; ground; groundwork; land; rationale; reason; room; soil; warrant; substratum
grondbezitter landholder; landowner; man of property; proprietor; property owner; landed proprietor
grootgrondbezit large ownership