Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word enkelwandig

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 De pijn in zijn benen en enkels verdween.
(maar; slechts);
(alleen; bloot; louter);
solitary
; ;
🔗 Een vader heeft niet zelden vier zonen, maar hoe kan een enkele zoon zich op vier vaders beroemen?
unuobla
(slechts; alleen; alleen maar; enkelijk); ; ; ;
(alleen; slechts; uitsluitend; maar; alleen maar); ;
inner surface
;
lining
🔗 Op de wand ziet u twee afbeeldingen.

DutchEnglish
enkelwandig single‐walled
enkel ankle; solely; barely; mere; merely; only; solitary; sheer; simply; single; occasional; just
wand wall; side; face