Information about the word wand (Dutch → Esperanto: vando)

Synonyms: beschot, schot, schut, tussenschot

Part of speechcommon noun
Pronunciation/ʋɑnt/
Hyphenationwand
Gendermasculine
Pluralwanden

Diminutive
SingularPlural
wandjewandjes

Usage samples

Het was er donker en een vreemde schaduw bewoog zich over de wand.
Het gezelschap van een Jood zal mij, dwars door een eiken wand, geen kwaad doen.
Op de wand ziet u twee afbeeldingen.
In het midden van den wand, tussen twee dikke balken in, hing een spiegel!

Translations

Afrikaanswand
Danishvæg
Englishwall
Esperantovando
Faeroeseskilarúm
Frenchcloison; paroi
GermanWand
Italianparete
Portugueseparede; tabique
Saterland FrisianWooge
Spanishtabique; taqique
Srananseypranga
Swedishvägg
Welshpared
West Frisianlewant