Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word broodwinning

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
profession
;
occupation
;
vocation
🔗 Een uur gaans te paard zijn er heuvels die wemelen van barbaren die van moord en plundering hun broodwinning hebben gemaakt.
(mik)
🔗 Ik heb alleen brood en kwark gehad.
🔗 Toen ik wakker werd en mijn armen uitstrekte, vond ik een brood en een kruik water naast mij.

DutchEnglish
broodwinning bread; livelihood; living; means of living; support
brood bread; brick; livelihood; loaf
winning winning; extraction