Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word brandwerend

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(vuurvast)
fire‐resisting
(branden)
combustion
(fik);
🔗 De oorzaak van de brand is onbekend.
🔗 Bij de brand kwam veel rook vrij.
(roest)
smut
repulse
;
repress
🔗 Mijn vader en Erland zijn al dagen aan het beraadslagen over de beste manier om de vreemdelingen te weren, mochten ze komen.
(buitensluiten; uitsluiten)
exclude
;
🔗 Ons standpunt was, en is nog steeds dat Rusland en Wit‐Rusland moeten worden geweerd van internationale sportwedstrijden.

DutchEnglish
brandwerend fire‐resisting
brand smut; blaze; blight; brand; burning; canker; conflagration; fire; eruption
weren bar; keep out; ban; keep away; exclude