Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bevuiling

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(bezoedeling; verontreiniging)
contamination
;
pollution
(bevlekken; bezoedelen; verontreinigen; vuilmaken; besmeuren); ;
pollute
malpurigi
🔗 En bovendien heeft hij het kostelijke water bevuild.

DutchEnglish
bevuiling defacement; defilement
bevuilen dirty; defile; pollute; smirch; smudge; befoul; deface; foul; soil