Informatie over het woord kruk (Nederlands → Esperanto: manilo)

Woordsoortzelfstandig naamwoord
Uitspraak/krɵk/
Afbrekingkruk
Geslachthistorisch vrouwelijk, tegenwoordig ook manlijk
Meervoudkrukken

Verkleinwoord
EnkelvoudMeervoud
krukjekrukjes

Voorbeelden van gebruik

Toen draaide meneer Balings de kruk om en ging naar binnen.
De kruk had de vorm van een slang, de kop opgeheven op de gebogen nek, en Conan had een duister vermoeden dat de metalen kop onder zijn hand tot gruwelijk leven zou komen.

Vertalingen

Esperantomanilo