Informatie over het woord ringen (Duits → Esperanto: lukti)

Uitspraak/ˈrɪŋən/
Woordsoortwerkwoord

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ich) ringe(ich) rang
(du) ringst(du) rangst
(er) ringt(er) rang
(wir) ringen(wir) rangen
(ihr) ringt(ihr) rangt
(sie) ringen(sie) rangen
Aanvoegende wijs
Tegenwoordige tijdVerleden tijd
(ich) ringe(ich) ränge
(du) ringest(du) rängest
(er) ringe(er) ränge
(wir) ringen(wir) rängen
(ihr) ringet(ihr) ränget
(sie) ringen(sie) rängen
Gebiedende wijs
(du) ringe
(ihr) ringt
ringen Sie
Deelwoorden
Tegenwoordig deelwoordVerleden deelwoord
ringend(haben) gerungen

Vertalingen

Catalaanslluitar
Engelswrestle
Esperantolukti
Finspainia
Franslutter
Latijncolluctari
Nederlandsworstelen
Papiamentslucha
Portugeeslutar; pugnar
Russischбороться
Saterfrieswrange; wrosselje
Spaansluchar
Tsjechischzápasit