Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord vastleggend

Nederlands → Esperanto
  
NederlandsEsperanto
(aanbinden; afmeren; meren; vastbinden; aanmeren)
(bepalen)
🔗 Hoe heeft men de eenheid van magnetische flux vastgelegd?
(aantekenen; boeken; opnemen; registreren)
🔗 Bedoel je dat de notaris hier is om de koop vast te leggen?