Woordenboek Nederlands–Esperanto

Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord droevig

Nederlands	Esperanto
droevig bijvoeglijk naamwoord (bedroevend; triest)	aflikta bijvoeglijk naamwoord
droevig bijwoord (bedroefd; triest; verdrietig)	malĝoje bijwoord
droevig bijvoeglijk naamwoord (bedroefd; droef; treurig; verdrietig)	malĝoja bijvoeglijk naamwoord
droevig bijvoeglijk naamwoord (triest; verdrietig)	triste bijwoord
droef bijvoeglijk naamwoord (bedroefd; droevig; treurig; verdrietig)	malĝoja bijvoeglijk naamwoord
droef bijvoeglijk naamwoord (bedroevend; treurig)	malĝojiga bijvoeglijk naamwoord