Woordenboek Nederlands–Esperanto
Esperanto‐vertaling van het Nederlandse woord betamelijksten
Nederlands | Esperanto |
---|---|
(behoorlijk; fatsoenlijk; netjes; voegzaam; welvoeglijk; net) | |
🔗 Dat vond ze niet betamelijk. | |
(gepast; geschikt; passend; oorbaar) | |
🔗 De varkenshoeder is betamelijk gezelschap voor de Jood. |