Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord stapel

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(gek; krankzinnig)
(hoop); ;
🔗 Hij ging terug naar de stapel kleren.
dockyard
;
shipyard
van stapel laten lopen
(lanceren; ontketenen)
pyre
;
stake
🔗 Maar als je me de volledige waarheid vertelt, kun je wellicht aan de brandstapel ontsnappen.
(opeenhopen; opeenstapelen; ophopen; tassen); ;
🔗 Deze lomperik stapelt de ene platte daad op de andere.
stapli
stapelwolk
(cumuluswolk)
cumulus
(levende have; vee);
🔗 Zr moeten er heel goed in zijn, want hun veestapel is de laatste jaren enorm toegenomen.

NederlandsEngels
stapel cracked; crazy; heap; pile; sounding‐post; stack; staple; stocks
goed van stapel lopen go off well
iets op stapel hebben staan have something on the stocks
op stapel staan be on the anvil; be upon the anvil; be on the stocks
op stapel zetten lay down; put on the stocks
stapel zijn op be awfully fond of; be crazy about
te hard van stapel lopen rush matters; overdo it
van stapel laten lopen launch
van stapel lopen go off; leave the stocks; be launched
brandstapel balefire; funeral pile; pyre; stake; pile
houtstapel wood‐stack
stapelen heap; heap up; pile; stack
stapelwolk cumulus
veestapel livestock; stock; stock of cattle