Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord gemeenschappelijk
| Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
|---|---|---|
| (collectief; gezamenlijk) | collective ; joint | |
| (gezamenlijk) | common ; joint ; communal ; mutual | |
🔗 In hun gemeenschappelijke kamer treft hij Graanoogst niet aan. | ||
| (gemeente; commune) | ; commune | |
| (maatschappij; samenleving) | society | |
🔗 Hoe licht wordt het welzijn der gemeenschap niet geschaad door onverantwoordelijke individuen! | ||
| (geslachtsgemeenschap) | ||
🔗 De tieners hadden gedurende de maand juli alle drie gemeenschap met het 12‐jarige meisje. | ||
| Nederlands | Engels |
|---|---|
| gemeenschappelijk | ⇆ collective; ⇆ common; ⇆ communal; ⇆ conjointly; ⇆ in common; ⇆ in concert; ⇆ joint; ⇆ jointly; ⇆ mutual; ⇆ together |
| voor gemeenschappelijke rekening | ⇆ on joint account |
| gemeenschap | ⇆ commonality; ⇆ commune; ⇆ communication; ⇆ communion; ⇆ community; ⇆ fellowship; ⇆ intercourse |