Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord bootreis

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(schuit)
🔗 Je kunt niet op Lettermullen wonen en niet gewend aan boten zijn.
(schip; vaartuig)
reis
(tocht; toer; trip); ;
🔗 Ik hoop dat u een prettige reis hebt gehad.
(keer; maal)
🔗 Na elkaar herhaalde reizen gezondheid te hebben toegewenst en onder belofte van briefwisseling, namen wij afscheid.

NederlandsEngels
bootreis boat journey; boat‐trip
boot boat; steamer; vessel
reis bout; journey; progress; travel; trip; voyage; run; tour; travelling; time