Nederlands–Deens woordenboek
Deense vertaling van het Nederlandse woord aanvoerder
Nederlands | Deens (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(gezagvoerder) | chef | |
🔗 Wie is de aanvoerder? | ||
chef ; overordnet | ||
🔗 Ook de aanvoerder steeg af en kon de mening van de scout slechts bevestigen. | ||
(hoofd; leider) | chef | |
(besturen; leiden; aan het hoofd staan van) | lede | |
🔗 Door wie worden zij aangevoerd? |