Informatie over het woord estri

Woordsoortwerkwoord
Afbrekingestr·i

Vervoeging

Aantonende wijs
Tegenwoordige tijdestras
Verleden tijdestris
Toekomende tijdestros
 
Voorwaardelijke wijs
estrus
 
Gebiedende wijs
estru

 Deelwoorden
 Actieve deelwoordenPassieve deelwoorden
Tegenwoordige tijdestrantaestrata
Verleden tijdestrintaestrita
Toekomende tijdestrontaestrota

Vertalingen

Afrikaansbestuur
Deenslede
Duitsleiten; führen; anführen; befehligen
Engelsgovern; restrain; cover; head; master; be in charge; be in charge of; be at the head of
Nederduitsbestüren; regeren
Nederlandsaanvoeren; besturen; regeren; runnen; leiden; aan het hoofd staan van
Portugeesadministrar; dirigir
Spaanscapitanear; subyugar
Srananprey basi; prey edeman