Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord soften
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
soften | mallaŭtigi | |
soften (soften up) | ; zacht maken ; | moligi |
soften up | murw maken | |
(soften) | murw maken ; zacht maken | moligi |
🔗 The cooks would boil it for hours to get the salt out of the meat and to soften it up. | ||
(gentle; tender) | ; ; ; | |
(affectionate; gentle) | ; | |
(affectionate; caressing; cuddlesome; cuddly; tender) | ||
; | ||
softa | ||
(delicate; gentle; tender) |
Engels | Nederlands |
---|---|
soften | ⇆ lenigen; ⇆ matigen; ⇆ milder gestemd worden; ⇆ ontharden; ⇆ temperen; ⇆ verminderen; ⇆ vermurwen; ⇆ vertederd worden; ⇆ vertederen; ⇆ verwekelijken; ⇆ verweken; ⇆ verzachten; ⇆ week worden; ⇆ zacht maken; ⇆ zacht worden |
soften down | ⇆ lenigen; ⇆ matigen; ⇆ milder gestemd worden; ⇆ ontharden; ⇆ temperen; ⇆ verminderen; ⇆ vermurwen; ⇆ vertederd worden; ⇆ vertederen; ⇆ verwekelijken; ⇆ verzachten; ⇆ week worden; ⇆ zacht maken; ⇆ zacht worden |
soften up | ⇆ murw maken; ⇆ zacht maken |
soft | ⇆ lafhartig; ⇆ mals; ⇆ mild; ⇆ murw; ⇆ non‐alcoholisch; ⇆ papperig; ⇆ sentimenteel; ⇆ slap; ⇆ sullig; ⇆ teder; ⇆ verwijfd; ⇆ vriendelijk; ⇆ week; ⇆ zacht; ⇆ zachtjes; ⇆ zijig; ⇆ zoetsappig; ⇆ zwak |
softener | ⇆ ontharder; ⇆ wasverzachter; ⇆ waterverzachter |
softening | ⇆ leniging; ⇆ tempering; ⇆ vertedering; ⇆ verweking; ⇆ verzachtend; ⇆ verzachting |