Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord moor

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
🔗 About the middle of December, the Moors commence the harvesting.
moor
(fasten; tie; tie on; attach; tether)
; ; ;
moor
(heath; heathland)
; ;
moor birch
(downy birch; hairy birch; white birch; European white birch)
moor frog
moorage
(anchorage; mooring; berth)
;
moor‐grass
moorhen
waterhoen
mooring
(anchorage; moorage; berth)
;
Moorish
(Moresque; Mauretanian)

EngelsNederlands
Moor Moor; Moriaan
moor aanmeren; afmeren; hei; heide; heidegrond; heideveld; meren; vastleggen; vastmeren; veen; verankeren
moor birch zachte berk
moor frog heikikker
moorage ankerplaats; ligplaats
moorcock korhaan
moor‐grass pijpestrootje
moorhen korhoenwijfje; waterhoen
mooring ankerplaats; ligplaats
Moorish Moors
moorland hei; heide; heidegrond
peat‐moor veen; veengrond; veenland
unmoor losgooien; losmaken