Engels–Afrikaanse woordeboek

Afrikaanse vertaling van die Engelse woord present

Engels → Afrikaans
  
EngelsAfrikaans (onregstreeks vertaal)Esperanto
(gift; donation)
🔗 We have brought presents.
(current);
🔗 Tell the mate to hold the present course.
(introduce; offer; perform; play; reenact; render; represent; constitute; tender; lodge; serve up)
🔗 The talks between the government and the opposition serve a purpose for Corbyn in presenting him as a national leader prepared to engage in dialogue, but he does not want to agree a Brexit deal.
(donate; grant; bestow; give as a present)
at present
(now)
;
presentation
(intro; introduction; rendition; show; performance)
presentation
(offer; proposal; tender; bid; proposition; advance)
;
(soon; shortly; by and by); ;
🔗 T’sais went unmolested, and presently reached the edge of the forest.
(currently; nowadays; these days; anymore; today);
🔗 I am not presently hungry, and I must hasten forward.
represent
(depict; figure)
(act for; stand for)
🔗 Other prey represented only a very small proportion of the diet.
represent
(imply; mean; signify; denote; stand for)
represent
(introduce; present; offer; perform; play; reenact; render; constitute; tender; lodge; serve up)

EngelsAfrikaans
present aanbied; aanwesig; bied; geskenk; hede; huidig; huidige dag; índien; kado; keer; lopend; onderhawig; onmiddellik; present; presenteer; present gee; skenk; teenswoordige; teenwoordig; teenwoordige tyd; toekeer; uitreik; voordra; voorhou; voorlê; voorstel; wend
all present almaal teenwoordig
at present hede; nou; op die oomblik; tans; teenswoordig
at the present day deesdae; teenswoordig
be always present nooit makeer
birthday present verjaadagpresent; verjaardaggeskenk; verjaardagsgeskenk; verjaarsdagpresent
Christmas present Kersgeskenk
for the present vir die oomblik; vir die teenswoordige; voorlopig
in the present case in die onderhawige geval
present company excepted alle aanwesiges uitgesluit; die aanwesiges uitgesonder
present oneself hom aanmeld
present value kontantwaarde; toonwaarde
those present die aanwesiges
up to the present tot datum; tot die huidige tydstip
wedding present huweliksgeskenk
when an opportunity presents itself wanneer die geleentheid hom voordoet
presentable fatsoenlik; presentabel; vertoonbaar
presentation aanbieding; indiening; presentasie; vertoning; voorstelling
presentative berustend op aanskouing; met reg van voordrag; voorstellings‐
presentee begiftigde; ontvanger; voorgedraene; voorgestelde
presenter aanbieder; geefster; gewer; skenker; voorsteller
presently aans; aansies; aanstons; dalkies; netnou; nou‐nou; oor ’n rukkie; strakkies; straks
presentment aanbieding; aanklag; indiening; voorstelling
represent aanvoer; afbeeld; beweer; verteenwoordig; voorgee; voorhou; voorstel