English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word vitalize

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
vital
vitala
vital
(full of life)
vivoforta
vital
(momentous)
vital
(essential; imperative; indispensable; inevitable; absolutely necessary)
beslist noodzakelijk
; ;
nepra
vital
(live; vivid; animate)
vital
(essential; inherent; innate; integral; intrinsic; substantial)
;

EnglishDutch
vitalize bezielen; leven geven; leven geven aan
revitalize nieuw leven inblazen; revitaliseren
vital edel; essentieel; krachtig; levendig; levensgevaarlijk; levens‐; noodzakelijk; onontbeerlijk; van het allerhoogste belang; van het hoogste belang; van vitaal belang; vitaal