English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word unsteady

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(constant; continual; lasting);
neŝanĝiĝema
🔗 “Stay back”, Rand said, wishing his voice were steadier.
(stable)
(stabilize; balance)
(constant; permanent; standing; steadfast);
(even; regular);
(sober; temperate; abstentious); ; ; ;
stemmig
🔗 I thought Harper was one of my steadiest men.

EnglishDutch
unsteady ongestadig; onsolide; onstabiel; onvast; onzeker; wankel; wankelbaar
steady bestendig; bestendig maken; constant; gelijkmatig; geposeerd; geregeld; gestaag; gestadig; kalm; kalmeren; koelbloedig; oppassend; solide; solied; standvastig; tot bedaren brengen; tot rust komen; vast; vaste vriend; vaste vriendin; vastigheid geven aan
unsteadily ongestadig; onsolide
unsteadiness ongestadigheid; onvastheid; wankelbaarheid