English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word squeal

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
squeal
(bellow; neigh; growl; whinny; moo; low; vociferate)
; ; ; ;
squeal
squeal

EnglishDutch
squeal de boel verraden; doorslaan; gekrijs; gepiep; geschreeuw; gil; gillen; janken; klikken; krijs; krijsen; schreeuw; uitgillen
squal like a stuck pig schreeuwen als een mager varken
squeal like a pig schreeuwen als een mager varken
squeal on verklikken
squealer verklikker