Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word gillen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
;
🔗 De vrouwen gingen er gillend vandoor.
(gekrijs)
howling
;
shouting
🔗 Het gillen bleef aanhouden tot de deur openging en hield toen plotseling op.
;
yammer
🔗 Oorlogskreten, gegil en het geknal van honderden musketten vermengden zich tot een angstwekkend en oorverdovend geraas.
howling
;
shouting
🔗 Door het gegil kwamen buren toegesneld.
(krijs; schreeuw);
screech
;
🔗 Heer Bommel slaakte een gil en had er plotseling genoeg van.

DutchEnglish
gillen scream; screech; shriek; squall; squeal; yell
gillen van de lach shriek with laughter
gegil screaming; yelling; screams; yells
gil squawk; squall; squeal; scream; screech; shriek; yell
uitgillen squeal; scream out; shrill; shrill out